Een Jenaplanschool wordt gekenmerkt door een positief (leer)klimaat waarin kinderen worden uitgedaagd zich als totale persoon te ontplooien. Wij werken daarbij vanuit de vier basisactiviteiten van het Jenaplanonderwijs; Gesprek, spel, werk en viering. Wereldoriëntatie is ons hart van het onderwijs. Door middel van projecten (units) ontwikkeld door het International Primary Curriculum Nederland willen we de kinderen de wereld laten ontdekken. Binnen het Jenaplanonderwijs stimuleren wij het leren van en met elkaar.
Op onze Jenaplanschool vinden wij het belangrijk dat onze leerlingen zich breed ontwikkelen en dat ze zich oriënteren op kunstzinnige en culturele aspecten die een rol spelen in hun leefwereld. Wij willen de kinderen kennis laten maken met de verschillende disciplines binnen kunsteducatie; beeldend, drama, dans, fotografie, cultureel erfgoed, literatuur, media en muziek.
Kunst, Cultuur en talentontwikkeling wordt zo veel mogelijk geïntegreerd binnen onze units van het International Primary Curriculum (IPC).
Ritmisch weekplan
Op een Jenaplanschool wordt gewerkt vanuit de vier basisactiviteiten; gesprek, spel, werk en viering, vier activiteiten waarin mensen leven en leren.
Gesprek
Gesprek vindt plaats tussen kinderen onderling. Deze interactie (communicatie over en weer) noemen we een gesprek. Gesprekken kunnen open zijn of gestuurd.
Een belangrijk gesprek is dat tussen stamgroepsleider en kind(eren). Een dergelijk gesprek vindt bijvoorbeeld plaats als het kind signalen geeft dat het zich niet prettig voelt.
Een andere vorm van gesprek is het kringgesprek. Naar aanleiding van een gebeurtenis, aangedragen door één van de kinderen, wordt zijn/haar bewogenheid/betrokkenheid kenbaar gemaakt. De kringvorm heeft als voordeel dat iedereen elkaar kan zien. We zijn automatisch meer bij elkaar betrokken en niemand neemt een belangrijkere of betere plaats in. De stamgroepsleider heeft geen vaste plek in de kring.
Spel
De behoefte aan spel is in ieder kind aanwezig. Op onze school worden dan ook diverse spelvormen aangeboden. We denken daarbij aan allerlei leerspellen en gezelschapsspellen met het doel te leren omgaan met elkaar en met winst en verlies. De kinderen spelen toneel en poppenkast voor elkaar en ook worden er rollenspellen gespeeld waarbij kinderen zich kunnen verplaatsen in een ander. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens de kanjertraining.
Bij spel denken we ook aan het gericht spelen in de lessen lichamelijke opvoeding. Diverse loop-, tik- en balspelen verdeeld over de verschillende leeftijden komen daar aan bod. Het motorisch spel treffen we vooral aan op de speelplaats tijdens de pauzes en voor en na schooltijd. Ons speellokaal geeft door de dag heen voor alle stamgroepen veel extra mogelijkheden voor spel en beweging.
Werk
Het woord ‘werk’ betekent hier vooral het uitvoeren van bezigheden waarbij het kennisaspect een grote rol speelt. Er is een wisselwerking tussen kennisvaardigheden en andere vaardigheden. Immers, mensen hebben in hun leven veel vaardigheden in hun koffertje verzameld. Als mens in de maatschappij red je het niet met weten alléén.
Er worden uiteraard ook kennis- en leervaardigheden geoefend. Denk aan rekenopdrachten, taalopdrachten, het maken van een tekst, het schrijven van een verslag naar aanleiding van een project, topografie-opdrachten, opdrachten uit ontdekdozen en techniekopdrachten. De stamgroepsleider zorgt voor een evenwicht tussen beide werkvormen.
Viering
Onder ‘viering’ willen we nadrukkelijk verstaan: “Het tot uiting laten komen van de saamhorigheid van de stamgroep en van de gehele schoolgemeenschap”.
Vieren is het vieren van een verjaardag van een kind of de stamgroepsleider. Vieren is ook stilstaan bij de dood van een mens of dier. Een verdrietige ervaring mag beleefd worden als een viering: “In de gemeenschap is gedeelde smart halve smart”.
Centrale vieringen voor de gehele school vinden plaats met Sinterklaas, Kerstmis, carnaval en Pasen. Aan het einde van elk schooljaar is het gezamenlijke slotfeest. Het vieren met de gehele school geeft een groot saamhorigheidsgevoel.
Eén keer per maand is er een viering in onze speelzaal. We kijken samen naar en beleven allerlei vormen van dans, toneel en muziek die door de kinderen zelf bedacht en voorbereid zijn. In de bovenbouw vieren wij het zelfstandiger worden van de oudere kinderen. Wij doen dit in de vorm van een werkweek of het ‘op Haps’ gaan.